Arbeid= Het product van kracht en verplaatsing.

W=F*s
W is in Nm

Als er geen verplaatsing is, dan is er geen arbeid.

Om arbeid te kunnen verrichten is er energie nodig.

E(chem)= F * s

Bewegings energie = kinetische energie.

E(kin) = ½ * m * v ²

E(kin) is in Joule.

Zwaarte-energie = E(zw) = m * g * h

H = hoogteverschil in meter.

Een ingedrukte (of uitgerekte) veer bezit energie. Die energie heet veerenergie.

Als de wrijvingskracht constant is dan kan de warmte berekent worden met:

Q= F(wr) * s

Q is de warmte in Joule.

1J = 1Nm

Energie kan worden omgezet van de de ene soort in de andere, maar daarbij blijft de totale
hoeveelheid energie constant. Dit is de ‘’wet van behoud van energie’’

De arbeid die door alle krachten samen op een voorwerp is gericht, is gelijk aan de verandering in de
kinetische energie van het voorwerp. Dit word de ‘’wet van arbeid en kinetische energie genoemd’’.

Vermogen is de arbeid die per seconde verricht wordt.

P = W/t in Watt

1W= 1 J/s
P = W / t = F*s / t = F * s/t = F * v

P=F*v

P= (delta)E / T

Rendement = nuttige energie.

n= rendement = %

n = nuttig/in * 100%