You are on page 1of 3

Inleiding Laocon Wessel Krul

Lessing, toneelschrijver, classicist, was genteresseerd in weergave van menselijke emoties. Maar emotie mocht alleen onder strikte regels op het toneel getoond worden. Je had namelijk in de Frankrijk in de 17e eeuw de eenheid van plaats, tijd en handeling. Dit kwam uit de poetica van Aristoteles, door hem te imiteren probeerden ze op dezelfde hoogte als de klassieke tragedieschrijvers te komen. Decorum: een tragedie mag geen grappen bevatten of een decor met vrolijke kleuren. Alles moet gepast zijn bij het thema. Decorum was ook van toepassing op schilderkunst. Waar net als bij toneel, opera, poezie en epos de menselijke emotie werd uitgebeeld. Decorum gaat terug op Horatius, niet Aristoteles. Volgens Horatius willen beeldende kunst en literatuur beide voor een schoonheidservaring zorgen. Zo ontstond de vraag welke kunst het beste deze ervaring teweeg bracht. (Paragone = wedstrijd van de mooiste kunst) In de 18e eeuw werd Horatius uitgelegd als dat kunsten hetzelfde kunnen uitbeelden. Helder, duidelijk en redelijk waren de voornaamste criteria van kunst. Barok was dus achterhaald. Ook overtrof de moderne tijd de klassieke oudheid in bijvoorbeeld techniek en wetenschap bijvoorbeeld. Er ontstond dus een tweedeling tussen rationalisme en classicisme. Zo ontstond rococo. Rococo: speelse elegantie in kunst. Beeldhouwwerken, maar ook fabels en sprookjes in literatuur. Overal geaccepteerd, ook bij vorsten. Vanaf 1750 kwam hier kritiek tegen vanuit het burgerlijk zelfbewustzijn en het nationalisme. Lessings Laocon bracht veel van deze gedachtes die ontstonden bij elkaar. Lessing was tegen het classicisme. Hij zocht naar materiaal voor een theorie van de toneelkunst, hieruit kwam zijn Harmburgische dramaturgie naar voren, evenals een een verhouding tussen beeld en woord. Hij was onder de indruk van een boek van Burke, waarin het gaat over het sublieme. Sublieme: Wat o.a. Shakespeare en Milton deden. Je hebt kunst die ervoor bedoelt is om aangenaam te zijn, maar ook kunst die vrees en ontzetting opwekt. Maar vanwege ons instinct tot lijfsbehoud zijn wij erdoor overweldigd en beleven we er een genot aan dat we deze overmacht hebben doorstaan. (strenge, plechtige gebeurtenissen/tragische gebouwen, etc) Dit was tegen het elegante rococo en franse classicisme. En het sublieme was het best te uiten in gebouwen. Schilderijen waren toch vaak van het schone. Kant maakte kort hierna een boek over het onderscheid tussen het sublieme en het schone. Lessing concentreerde zich op het verschil in expressiviteit bij in het visuele en de literaire kunst. Literaire kunst, zoals toneel kon dit het beste. Een decorum bestond niet, want er moesten juist heftige emoties worden getoond om bij de toeschouwer katharsis (meelijden) op te wekken.

Lessing schreef ook over Sophocles en zijn toneelstuk Philoctetes. Hierin probeert Philoctetes ook meedelijden te wekken bij de toehoorder over zijn pijn. Sophocles schreef vaker over het menselijk lijden: Laocon. Over de priester Laocon die zich verzette tegen het binnenhalen van het paard in de stad Troje. De goden waren de oorlog beu en straften Laocon voor het oponthoud. Hij en zijn zoons werden door twee slangen gedood. Volgens Lessing ging het bij dit stuk van Sophocles wederom om het menselijk lijden. Plinius noemt in zijn Naturalis historia een beeldgroep die met de dood van Laocon te maken heeft en die hij gezien zou hebben in het paleis van Titus. In 1506 wordt een beeldenpartij gevonden. Is dit dat beeld wat Plinius noemt? Het beeld wat nu in het Vaticaan staat, kan een namaak zijn en aangepast zijn aan de smaak van de opdrachtgever of de echte. Er staat alleen vast dat deze beeldengroep gemaakt moet zijn tussen de tweede eeuw voor en de eerste eeuw na het begin van onze jaartelling. Lessing ging in zijn Laocon uitvoerig in op het probleem van de datering omdat hier de relatie tussen beeld en woord een belangrijke rol speelt. Was de beeldhouwer eerder of Vergilius met het verhaal? J.J. Winckelmann wordt ook wel de vader van de kunstgeschiedenis genoemd. Hij ging opzoek naar algemene stijlkenmerken. De bloeitijd van de Griekse kunst was voor hem een hoogtepunt. Hij haalde zijn kennis uit werken in Rome, die namaak waren van de Griekse werken. Achter elk Romeinse werk schuilde een Grieks voorbeeld volgens hem. De beeldgroep van de Laocon was volgens hem een meesterwerk dat dus wel moest komen uit de Griekse oudheid. Het beeld kwam uit de tijd van het hoge en het schone, waarin rust centraal stond. De kenmerken van deze periode komen in het beeld terug. Volgens Winckelmann was het beeld ouder dan de tekst van Vergilius waarin Laocon alles behalve rust uitstraalt met zijn geschreeuw van de pijn. De beheerste en door Winckelmann verheerlijkte Grieken moesten het beeld voor de tekst gemaakt hebben. Hij wilde literatuur in dienst stellen van de beeldende kunst. Lessing was het er niet mee eens dat literatuur zich altijd moet richten naar beeldende kunst. Want dan zouden tragedie ook altijd statig en vol rust moeten zijn. Vanaf 1750 was er ook steeds meer visuele kennis beschikbaar de verhouding tussen tekst en beeld in de omgang met de oudheid begon te verschuiven. Antieke literatuur werd vaak alleen nog maar gebruikt om iets op te zoeken over een oud kunstvoorwerp. Volgens Lessing heeft beeldende kunst schoonheid als doel, niet waarheid. Literatuur en beeldende kunst verschillen dus in hun manier van expressie. De verschillen in weergave hangen af van de aard van het medium, en niet met een afstand in tijd of een verschil van cultuur. Kern van het betoog van Lessing: de kunsten hebben ofwel lichamen, ofwel handelingen als onderwerp. Het voornaamste aspect van literatuur is de tijd en van beeldende kunst de ruimte. Echter, literatuur wil ook ruimte tonen en beeldende kunst ook handelingen. Wat de een van nature kan aanwijzen, kan de ander alleen impliciet en via zijwegen.

Literatuur kan veel uitvoerigere beschrijvingen geven dan beeldende kunst. Want tekens bij literatuur zijn willekeurig. Er is geen overeenkomst tussen de tekens en hetgeen het betekent, want het is in elke taal anders. Ook kan je door middel van tekst een lichaam van alle kanten laten zien. Tekens in beeldende kunst zijn van nature, ze zijn beperkter. Want je kan niet tegelijk alle kanten van een lichaam laten zien = het pregnante ogenblik. Echter, deze descriptieve teksten zijn meestal heel langdradig. Daarom bestaat er bij literatuur de vereiste om nooit te lang stil te staan, maar altijd een handeling te vervlechten in de literatuur, zoals Homerus doet. Beeldende kunst lijkt tegenover pozie in zijn voordeel, want bij literatuur moet je voor onmiddellijke aanschouwelijkheid veel moeite doen. Echter, literatuur beschikt weer over reikwijdte, suggestiviteit en spanning. Grootste tekort van beeldende kunst is dat zij zelf een object is. In tijd en in ruimte begrensd en daarom snel bekeken. Het doel van beeldende kunst is daarom schoonheid, komt Lessing op zijn betoog terug. Daarom mag Laocon niet schreeuwen in het beeld en wel in het verhaal, omdat dit een handeling is die hier niet bij ophoudt, zoals het beeld wel doet. Literatuur is dus veruit in het voordeel. Daar worden ook lelijke dingen genoemd om humor of afschuw en vervolgens katharsis op te wekken. Het is een element in een groter geheel, wat niet afschuwwekkend hoeft te zijn, zoals bij beeldende kunst met maar n moment. Toneelkunst is de hoogste van alle kunsten omdat daar literatuur en beeldende kunst samenkomen. Goethe zegt dat beeldende kunst en literatuur helemaal niet te vergelijken zijn omdat ze beide te verschillend zijn en niks met elkaar te maken hebben. Eigenlijk zegt Lessing dit ook de hele tijd in zijn boek. Want hij vindt dat kunst zonder verhalende vorm die alleen maar beeldend is, echte kunstwerken. Zo lijkt Lessing te zeggen dat beeldende kunst tot op zekere hoogte moet vertellen. Hier komt hij later op terug, door toch te blijven noemen dat het voornaamste doel van beeldende kunst het tonen van schoonheid is. Boek van Lessing is dus een soort pleidooi tegen historieschilderkunst. En gaat ook over de absolute schilderkunst die zich losmaakt van iedere vertelling.

You might also like