You are on page 1of 4

Bijlage 2 Format Toelichting lesontwerp

VERSIE 2

In deze versie zou ik de feedback van de domeinexpert verwerken. Maar de


feedback van de domeinexpert ging over de lesvoorbereiding. Dit is de reden
dat er niets is veranderd in deze versie.

Student: Helma van de Ven Docent: Moniek Steenbakkers


Vakgebied: Beeldende vorming Stagegroep: 5
Klas: PEH16VA
Welke keuzes heb ik hier gemaakt?
en
Toelichting/ onderbouwing van keuzes
(Denk hierbij met name kernbegrippen uit (vak-)
specifieke theorie)

Kennis over (kinderen in) de groep Naar aanleiding van de typering en de overdenking van
is nadrukkelijk verwerkt in de de groep heb ik een korte tekst geschreven over mijn
omschrijving van de beginsituatie groep. In deze tekst zit zowel de pedagogische zin als de
van de groep, zowel in didactische zin verwerkt. De pedagogische zin is vooral
pedagogische zin (gedrag, in mijn typering duidelijk geworden. Hiervoor heb ik
groepsverhoudingen, gesprekken met mijn mentor gehad, geobserveerd en
groepsdynamiek) als in didactische testjes gedaan.
zin (vakspecifieke beginsituatie). De didactische zin heb ik duidelijk gekregen door het
bekijken van de werkjes van de kinderen en gesprekken
met mijn mentor.

De lesdoelen zijn afgestemd op de De lesdoelen zijn gebaseerd op het kerndoel, namelijk


beginsituatie. In de formulering kerndoel 54: De leerlingen leren beelden, muziek, taal,
ervan wordt zichtbaar dat kennis spel en beweging te gebruiken, om er gevoelens en
van vakdidactiek en leerlijnen op ervaringen mee uit te drukken en om er mee te
een logische manier is verwerkt. communiceren.

Onder dit kerndoel staan tussendoelen beschreven.


Daarin staat dat de kinderen onderzoeken de beeldende
mogelijkheden van materialen. (SLO, 2017). Dit sluit
volledig aan bij mijn lesdoelen. De kinderen gaan
namelijk aan het werk met verf. Vervolgens gaan ze de
verf onverdund en verdund gebruiken in hun
verftekeningen.

Verder is in de lesdoelen ook de vakdidactiek terug te


vinden. De beeldaspecten komen terug in de lesdoelen.
Verder komt ook het onderwerp technieken aan bod in
de lesdoelen (Schasfoort, 2012).

Werk- en groeperingsvormen zijn De kinderen krijgen als eerst inspiratiemateriaal te zien.


afgestemd op specifieke Dit bespreken we klassikaal. Ik stel de kinderen vragen
kenmerken van de groep n op over het inspiratiemateriaal. Ik bespreek dit klassikaal
specifieke kenmerken van omdat de kinderen dan allemaal meekijken en luisteren
vakdidactiek. naar elkaar. Op deze manier kunnen de kinderen ook
door elkaar inspiratie krijgen of bewust worden van een
bepaalde manier naar het inspiratiemateriaal te kijken.
Vervolgens gaan de kinderen aan het werk met de
opdracht. De kinderen beginnen met experimenteren. Ze
kijken wat ze kunnen doen met onverdunde en verdunde
verf. Daarna beginnen de kinderen met hun verftekening.
De kinderen zitten hierbij in groepjes. Ze kunnen
daardoor ook inspiratie krijgen van elkaar.

Werk- en groeperingsvormen zijn Doordat de kinderen tijd krijgen om te experimenteren,


functioneel ondersteunend bij het ervaren ze wat het effect is van het werken met
behalen van de lesdoelen. onverdunde en verdunde verf. Vervolgens gaan ze met
deze kennis aan het werk in hun verftekening. De
kinderen tekenen een spiegelbeeld. De kinderen krijgen
hiervoor inspiratie door het inspiratiemateriaal, door te
praten met elkaar, ideen uit te wisselen en bij elkaar te
kijken.

Een aanzet tot samenwerkend De kinderen gaan deze opdracht alleen maken, omdat ik
leren krijgt op een logische wijze het belangrijk vind dat de kinderen hun eigen creativiteit
plek in het lesontwerp. * moeten kwijt kunnen in de opdracht. Verder zitten de
kinderen wel in groepjes wanneer ze aan het werk zijn.
Dit is om een praktische reden, namelijk het materiaal
delen. Maar dit doe ik ook zodat de kinderen inspiratie bij
elkaar kunnen opdoen.

Een aanzet tot ontdekkend leren Het ontdekkend leren zit in deze les door het gebruik van
krijgt op een logische wijze plek in verf. De kinderen gaan ontdekken hoe ze onverdunde en
het lesontwerp** verdunde verf kunnen gebruiken. Ik leg kort uit hoe ze dit
zouden kunnen aanpakken, namelijk door het gebruik
van water. Maar verder laat ik de kinderen hier vrij in en
laat ik het ze zelf ontdekken. Ik geef de kinderen aan dat
ze hiermee mogen oefenen op een ander blad, zodat de
kinderen kunnen zien wat het effect is. Ik heb ervoor
gekozen om de kinderen wel te vertellen dat ze de verf
met water kunnen verdunnen, omdat de kinderen dan
een begin hebben om te experimenteren. Vervolgens
kunnen ze gaan proberen wat er allemaal gebeurt met
het gebruik van water en verf samen.

De proces- en productdoelen Aan het einde van de les of wanneer de kinderen


worden expliciet gevalueerd met allemaal klaar zijn (op een ander moment) met hun
de kinderen. tekening laat ik de tekeningen allemaal op tafel in het
midden van de klas leggen. De kinderen gaan
De werkvormen die worden daaromheen staan. Vervolgens stel ik vragen aan de
gehanteerd bij evaluatie zijn kinderen over de tekeningen. Ik vraag dingen over wat ik
passend bij vakdidactiek en zie op de tekeningen, over hoe de kinderen iets hebben
sluiten aan op specifieke getekend/gemaakt en de technieken die zijn gebruikt.
kenmerken van de groep. Hierbij betrek ik ook de achterliggende theorie. De
theorie van bepaalde beeldaspecten komen aan de orde
(Schasfoort, 2012).

*bij tenminste 3 lesontwerpen


** bij tenminste 1 lesontwerp
Literatuurlijst
Schasfoort, B. (2012). Beeldonderwijs en didactiek. Groningen/Houten: Noordhoff Uitgevers.

SLO. (2017, maart 26). Tule. Opgehaald van Tule inhouden en activiteiten: http://tule.slo.nl/

You might also like